Sinds een paar weken woedt er een verhitte discussie over Frontex, het EU-agentschap belast met de buitengrenscontrole van het Schengen-gebied. Ik denk dat beschuldigingen van malversaties en schendingen van mensenrechten altijd onderzocht moeten worden. Alleen zo kunnen onze geloofwaardigheid en moreel gezag overeind blijven. Intussen is er een onderzoek gevoerd door de raad van bestuur. Er werden vooralsnog geen structurele schendingen vastgesteld en de directeur heeft duidelijk gemaakt dat hij niet zal terugtreden.
De lopende onderzoeken moeten verder hun beslag krijgen, maar kunnen geen reden zijn om de werking van Frontex te vertragen. Alle verontwaardiging ten spijt mogen we de hoofdzaak niet uit het oog verliezen. Ik ben zeer verrast over hoeveel opinietekst politici intussen besteed hebben aan hun ongenoegen over Frontex, maar de mensensmokkelaars die geld verdienen aan de duizenden doden blijven buiten schot.
Om dit debat rond Frontex te begrijpen, moeten we terug naar 2004 toen het agentschap en het hoofdkwartier in Warschau opgericht werden. Het project werd in eerste instantie op poten gezet om de toenmalige Europese uitbreiding in goede banen te leiden vanuit de strategische veronderstelling dat het vooral Rusland zou zijn dat moeilijk zou doen over de nieuwe grenzen. Maar jaren later kwam de druk vooral van de Middellandse Zee als gevolg van de Arabische Lente, de algemene instabiliteit in het Midden-Oosten en de economische ongelijkheid in Afrika.
De beperkte opdracht van toen heeft intussen plaatsgemaakt voor een van de meest complexe kustwachtoperaties in de wereld. De veranderingen in het mandaat van Frontex in een korte tijdspanne zijn enorm. In 2005 bedroeg het budget 5,5 miljoen euro en waren er 45 mensen aan de slag, tegen 2027 moeten dat 10.000 medewerkers zijn.
De verandering van het takenpakket van Frontex is dan ook noodzakelijk. De migratiecrisis die tot in de zomer van 2016 woedde, was van een omvang die de EU nog nooit had beleefd. Frontex moest een beroep doen op vrijwillige bijdragen van de lidstaten want het had geen eigen mensen in dienst met een operationele opdracht en geen expliciet mandaat om zoek- en reddingsoperaties uit te voeren. De tekortkomingen in de werking van Frontex werden pijnlijk duidelijk en na jaren onderhandeling kreeg het agentschap een nieuw en uitgebreid mandaat. Maar terwijl de EU Frontex meer bevoegdheid en middelen gaf, werd dat jammer genoeg niet gevolgd door diepgaande politieke steun en vertrouwen.