In het onderwijs is het dagelijks lastig voor veel leerkrachten.
Onlangs sprak ik een leerkracht die me vertelde hoe een jongen van 11 jaar oud op school zijn zus absoluut in de gaten wilde houden. In plaats van zijn eigen leven te leiden, was dit zijn prioriteit. Het meisje was bedekt maar als ze niet gevolgd was op school had ze daar haar eigen leven en gesprekken die haar broer niet kon horen.
De jongen vroeg expliciet om op een bepaald deel van het speelplein te mogen vertoeven, zodat hij zijn zus goed in de gaten kon houden. Wat akelig, dacht de leerkracht. Natuurlijk mocht hij zijn zus niet in de gaten houden.
Broers, ooms, de mannen van de familie vormen de gendarmerie van het geloof. Meisjes zijn op die manier nergens vrij en jongens leren niets over gelijkheid.
In ons onderwijs moeten we kinderen gelijk laten opgroeien. Het is de enige plaats waar ze op dezelfde manier toegang kunnen krijgen tot kennis en waar zij hun vleugels uitslaan.
Het is vreemd dat deze discussie telkens opnieuw op tafel komt terwijl het evident is dat we meisjes dezelfde kansen moeten geven als jongens. Die kans krijgen ze niet als ze religieus gemarkeerd moeten worden, onderdanig zijn en klaargestoomd worden om baarmachines te worden.
De kans om kritisch te leren denken en voor zichzelf op te komen is cruciaal. Niet alleen voor de meisjes zelf maar ook voor onze vrije samenleving.