Heksen zijn personages die me altijd hebben gefascineerd. In allerhande sprookjes en andere volksvertellingen dook er altijd wel een op. Ze verschenen in alle maten en soorten: goede en slechte, mooie en lelijke, jonge en oude, blonde en zwarte. Diversiteit troef. Als kind zette ik ze op dezelfde lijn als elfen, trollen en kabouters.

Wat ik toen niet wist, is dat heksen echt hebben bestaan. Of tenminste: dat ook volwassenen rotsvast in hun bestaan hebben geloofd. Een beschuldiging van hekserij kon je de brandstapel opleveren. Zonder bewijs. Iemand die een uitlaatklep nodig heeft voor zijn frustraties, gaat op zoek naar een zondebok en hopla! Het vuur is aangestoken.

Eigenzinnige vrouwen

Persoonlijk geleden onrecht lag aan de basis van de dood van vele onschuldige vrouwen in Europa sinds de late middeleeuwen. Processtukken vol valse geruchten, leugens en ongeldige bekentenissen – bekomen na zware martelpraktijken – zijn in vele gevallen bewaard gebleven en tonen aan hoe eigenzinnige vrouwen die op de één of andere manier afweken van de maatschappelijke normen van die tijd op een tragische manier hun dood tegemoet gingen.

Families waren verscheurd. De heks moest vergaan.

Het is niet alleen in Nederland, maar in verschillende Europese landen dat er de laatste jaren een ware herdenkingsgolf op gang gekomen is om de slachtoffers van heksenvervolgingen te herdenken. Op vele plekken waar vroeger heksen werden verbrand, staan nu monumenten in de vorm van een gedenksteen of een kunstwerk.

Een mooi voorbeeld van een heksenmonument is te vinden op de markt van de Vlaamse gemeente Tielt. In 2019 stond ik daar tijdens de campagne voor de Europese verkiezingen en een vriend vertelde me het verhaal. Ik staarde naar het monument. Daar werd een onschuldige vrouw, Tanneke Sconinx uit Gottem, vier dagen en nachten lang gemarteld tot ze eraan bezweek.

Een ambtenaar die heimelijk op haar verliefd was, had haar beschuldigd van omgang met de duivel en het gebruik van toverpoeder. Het maakte uiteraard niet uit dat niemand de duivel gezien had. De insinuatie bestond. Tanneke Sconinx uit Gottem stierf.

Na haar dood verrijkte de ambtenaar zich met een deel van haar bezittingen. Haar echtgenoot ging in beroep en won gedeeltelijk, maar het kwaad was geschied. Tanneke kwam er niet mee terug.

Eerherstel

Vandaag staat op de markt van Tielt, vlak voor de imposante Halletoren, een bronzen beeld van een gevleugelde vrouw die als een engel opstijgt naar de hemel. Het beeld is een symbool dat eerherstel wil geven aan al de onschuldige slachtoffers van heksenwaan. Naast het beeld staat een plakkaat met een gedicht dat eindigt met de zin: ’Gottem en Tielt, wat heeft u bezield?’

Deze vormen van eerherstel zijn een belangrijk signaal naar de samenleving van vandaag. Ze houden ons een spiegel voor en herinneren ons eraan wat tot massahysterie en lastercampagnes kan leiden. Maar helaas geeft dit symbolisch eerherstel mij ook een dubbel gevoel, want eerherstel is uiteraard nobel, maar het komt altijd te laat. Wat hebben die vrouwen aan al die mooie woorden achteraf?

Democratie, vrijheid, verdraagzaamheid

In het Westen zijn we trots op onze beschaving en op de lange weg die we hebben afgelegd. Democratie, vrijheid, verdraagzaamheid zijn waarden die niet vanzelfsprekend zijn en die ons terecht fier maken. Maar we moeten onder ogen durven zien dat de imperfecties van ons systeem soms groter zijn dan we denken. Zeker nu met wokisme en cancelcultuur.

Fysieke brandstapels zijn er niet meer, maar laster- en haatcampagnes bestaan nog altijd. De zucht naar sensatie maakt ons ontvankelijk voor ’alternatieve feiten’ en de schijnprocessen worden nu gevoerd op voorpagina’s van kranten en op sociale media.

Massahysterie is iets van alle tijden. Alleen de vorm moderniseert. Digitale brandstapels en bedenkelijke vonnissen op basis van schijnprocessen in de media: hebben we in 400 jaar tijd dan zo weinig geleerd?

 

Dit was de vijfenveertigste column van Assita Kanko voor De Telegraaf.

www.telegraaf.nl